Wat heeft hij al geleerd in de eerste 8 weken
De belangrijkste tijd in het leven van een hond is de socialisatiefase, die de eerste maanden van zijn leven beslaat.
Alles wat hij in deze korte periode leert (of juist niet leert) bepaalt voor een groot deel zijn latere gedrag. Hij leert hoe hij met zijn soortgenoten, andere dieren en mensen moet omgaan, maar ook went hij in deze tijd het gemakkelijkst aan vreemde geluiden of rare voorwerpen. Een pup die in deze periode weinig of niet te maken heeft gehad met al deze prikkels, zal op latere leeftijd altijd wat moeite blijven houden er aan te wennen. Dit kan zich uiten in diverse gedragsproblemen, zoals bijvoorbeeld agressie of angst. Alle reden dus om hier veel aandacht aan te besteden bij de opvoeding van uw nieuwe pup! De komende 8 weken kun je de pup nog aan van alles en nog wat laten wennen, dus neem hem mee erop uit!
Rust en regelmaat
- Een pup groeit heel erg hard en is gebaat bij
veel rust, zorg dat zijn bench/tentje op een plek staat waar hij wel zicht
heeft op de woonkamer, maar zich goed en veilig kan terugtrekken
- In het begin elke 2 uur even naar buiten (niet in de tuin) voor hun ontlasting, met flinke beloning uiteraard (aai en voertje). Ver lopen is absoluut niet
noodzakelijk, honden ontmoeten en vrij kunnen ‘leren’ van de hondentaal is des
te belangrijker
Sturing van de pup, ook wel eens door een ander?
- Geef een overzichtje mee van de commando’s die
hij al kent, zodat daar geen verwarring over bestaat. Geef ook aan welk gewenst
gedrag je gewend bent om te belonen en op welke manier
- Correcties: als een pup aan snoeren wil knagen
of echt dingen wil doen die niet mogen, spreek dan heel goed af welke correctie
je hiervoor hanteert, het is nooit de bedoeling een pup of een hond fysiek te
corrigeren, hiermee ontstaat miscommunicatie en gaat de training die je voor
ogen hebt verloren. Sterker nog, het kan een hond bang maken en daardoor kan
een hond onnodige angstreacties ontwikkelen en zelfs een verstoorde relatie met
mensen ontwikkelen.
- Aan de lijn lopen, is dit al getraind of wil je
dit getraind hebben, zorg dan voor voldoende eigen voertjes (dus geen
hondensnoepjes e.d. maar puur het eigen voer) om dit te kunnen trainen. Van
verkeerde beloningsvoertjes kan hij onnodig een vervelende darmwerking krijgen.
- Een pup heeft ook veel hersenwerk nodig om
zichzelf te vermaken en te vermoeien. 5 minuten hersenwerk staat gelijk aan 30
minuten wandelen en maakt dat de pup zonder veel problemen elk blokje van 2 a 3 uur, minimaal 1,5 uur in slaap valt.
- Hersenwerk suggesties zijn er genoeg: zijn
voertjes verstoppen in een lap, zijn speeltje, een bal of rubberen kluif die
daarvoor bedoeld is. Ook buiten een speurspelletje doen (werken met de neus
stimuleren) vermaakt en vermoeit, hoe simpel het ook lijkt.
- Spelen met andere honden is belastender voor de
gewrichten dan gewoon meelopen aan de lijn. Probeer per leeftijd in weken het
aantal minuten op te voeren (ongeveer). Hij is nu bijv. 18 weken en kan dus maximaal
20 minuten per keer naar buiten. Kijk hierbij goed naar de hond zelf.
- Heel belangrijk: kent de opvanger de hondentaal
zelf en weet hij wanneer hij of zij zelf zijn hondentaal kan inzetten om de
communicatie duidelijk te houden voor je pup. (negeren van een hond is heel
belangrijk bij ongewenste gedragingen zoals opspringen, bedelen, etc.). Het is
heel aantrekkelijk om continu de hond te knuffelen, dit kan verkeerd uitgelegd
worden als dit op de verkeerde momenten gebeurt. Het blijft belangrijk na maximaal een half uur loslopen in huis, de bench weer te gebruiken. Geef hem veilige afleiding en/of iets lekkers mee en doe het deurtje dicht en desnoods (bij onrust) een lap over de bench.
- Afijn, vaak heeft u zelf kleine kinderen dus het zal
best lastig zijn om hen ook goed te instrueren hierover, maar wil je een fijne
en voor de hond zeer gezonde relatie met hem opbouwen dan is consequent zijn in de omgang met de nieuwe huisgenoot voor alle partijen de beste optie.
Zijn karakter
- Het is goed om naar de ontwikkeling van zijn
karakter en zijn voorkeuren te kijken. De slankere en kleinere jachthonden hebben een
grotere aanleg voor angstontwikkeling en zijn dus erg gevoelig, zorg dat de
gewenning aan nieuwe prikkels geleidelijk gebeurt
- Apporteren van wild zit in zijn natuur, laat
goed observeren hoe hij reageert in een natuurgebied, zorg voor een goede
binding met zijn voertjes zodat hij altijd op de baas gericht kan blijven en
terugkomt wanneer dit nodig is. Dit altijd eerst aan de lijn oefenen, zodat hij
als hij los is, weet welke keuze hij kan maken
- Als hij nu al van apporteren houdt, dan altijd
een balletje oid in je zak stoppen. Het is niet alleen leuk (bij voor 5
minuten) maar het kan ook dienen als afleiding.
Bijv. als er een trein in de verte voorbij komt en hij kent het geluid nog
niet, dan zou hij kunnen schrikken. Door hem af te leiden met een speeltje maak
je er een ‘gewone’ gebeurtenis van
- Het belangrijkste: geduld, een hond maakt bewuste keuzes op basis
van wat hem het meeste oplevert, hij kiest dus altijd voor zichzelf. Hem
straffen heeft altijd een averechts effect en is dus zeer ongewenst in de opvoeding. Hij denkt dat het terugkomen bij de
baas altijd een vervelende gebeurtenis zal zijn als hij een keer is gestraft voor
‘slecht luisteren’.
P.S. Tenslotte een misverstand rechtzetten voor alle collega's die hondenscholen hebben: een puppycursus is een training voor de baas... en niet voor de hond
Wil je meer weten of heb je vragen dan kun je mailen of bellen met Kwispels Vakantie/Hondenbewustzijn. www.kwispelsvakantie.nl, info@kwispelsvakantie.nl
